Door: Lara de Boer
Op 2 februari 1905 werd het Gemeentelijk Trambedrijf van Utrecht aangelegd. Tussen 1905 en 1939 reed de gemeentetram door het hele centrum van Utrecht. De eerste lijn, tramlijn 1, werd als een ringlijn over de singels aangelegd, met een kleine omweg bij de Kaatstraat. In 1907 kwamen ook lijn 2, lijn 3 en een voorlopige lijn 4 erbij. Vanaf 1919 verbond een nieuwe lijn 4 de Bilitonkade met de binnenstad. Lijn 5 verzorgde vanaf 1922 de verbinding van de Croeselaan naar de binnenstad. Ook reed er een tramlijn van de Nederlandsche Buurtspoorweg- Maatschappij (N.B.M.) van Utrecht Centraal naar Zeist. Nu is er niets meer te zien van deze tramlijnen.
De tram van de N.B.M. op de Viebrug over de Oudegracht te Utrecht.
Zadelstraat
Gezicht in de Kaatstraat te Utrecht, met een electrische tram (motorwagen nr. 17) van het G.E.T.U. op de Stenenbrug. Rechts de meelfabriek De Korenschoof.
Gezicht in de Stadhouderslaan te Utrecht met (links) de huizen nrs. 99-lager; (rechts) de huizen nrs. 112-lager; geheel links de voorgevel van het huis Willem de Zwijgerstraat 26.
Wat zijn de plannen voor mobiliteit in een alsmaar groeiende stad Utrecht? Met die vraag in gedachten hebben studenten van de Hogeschool Utrecht Gijs Bol, Thimo Meulendijk, Annika Verdam, Lara de Boer, Anaïs Banzira, Daan Snoeks en Fien van Snippenberg tien weken gewerkt vanuit HUB Utrecht. Daar is deze productie onderdeel van. Meer werk is te vinden in dit dossier.